Zwavel bepaalt voor belangrijk deel kwaliteit ruwvoer
Voor een optimale grasproductie is een zwavelbemesting noodzakelijk. Ondanks de grote aandacht voor zwavel is de zwaveltoestand in ruwvoer nog regelmatig te laag. Te lage zwavelgiften resulteren in een daling van de droge stof opbrengst en een laag eiwitgehalte in het gras. De inzet van zwavel bij grasland vraagt om een goede strategie in het bemestingsplan.
Gras heeft een hoge zwavelbehoefte die varieert tussen 30 en 45 kg/ha per jaar. Zwavel (S) wordt door het gras opgenomen in de vorm van sulfaat (SO42-). Als de zwavelbehoefte wordt omgerekend naar de sulfaatbehoefte betekent dit dat het gras 90 tot 135 kg sulfaat per hectare per jaar opneemt.
Is alle zwavel beschikbaar?
Vanuit bodem en organische mest komt zwavel beschikbaar. Met een gemiddelde gift rundveedrijfmest wordt 15 tot 25 kg zwavel gegeven. Vanuit de organische stof in de bodem komt ook zwavel beschikbaar. De zwavel uit dierlijke mest en vanuit de bodem is echter pas beschikbaar voor het gras na mineralisatie.
Voor mineralisatie is voldoende vocht en een hogere bodemtemperatuur nodig. Met name de bodemtemperatuur blijft in het vroege voorjaar nog achter. Dan is er slechts 5 tot 8 kg zwavel vanuit de drijfmest beschikbaar en is een aanvullende zwavelbemesting nodig van ca. 40 kg zwavel. Met name de eerste en tweede grassnede lopen risico op een tekort vanwege de lage bodemtemperatuur en daardoor een lage mineralisatie in het voorjaar.
Zwavelleverend vermogen
Of er zwavel bemest moet worden bij de derde en volgende snedes hangt af van de bodemeigenschappen zoals het zwavel leverend vermogen (SLV) van de bodem. Dat is de hoeveelheid zwavel die gedurende het groeiseizoen nog vrij kan komen. Het SLV staat vermeld op de bodemanalyse en geeft een inschatting hoe de zwavelvoorziening is tijdens het groeiseizoen. Veehouders op veengrond moeten voorzichtig zijn met zwavelgiften omdat veengrond later in het seizoen nog veel zwavel nalevert. Het advies is later in het seizoen een zwavelbemesting op maat te geven. Want een te hoog gehalte aan zwavel belemmert de opname van koper en selenium. Dat kan weer nadelig zijn voor de koegezondheid.
Klaver heeft zwavel nodig
De populariteit van grasklaver neemt toe onder veehouders. Klaver kan een belangrijke bijdrage leveren aan de stikstofvoorziening, maar ook klaver heeft behoefte aan zwavel voor een goede productie. Een zwaveltekort heeft namelijk een nadelig effect op de ontwikkeling van de wortelknolletjes. In de wortelknolletjes wordt namelijk de stikstof uit de lucht gebonden waarna deze beschikbaar komt voor de groei van de plant.
Volgens het bemestingsadvies van het CBGV is bij grasklaver alleen een stikstofbemesting voor de eerste snede nodig. De gift is afhankelijk van het stikstof leverend vermogen (NLV) van de bodem. Een stikstofmeststof met zwavel heeft dan extra meerwaarde om zowel voor het gras als voor de klaver de gewasproductie op niveau te houden.
Zwavel en eiwitkwaliteit
Uiteindelijk is het doel een hoge droge stof opbrengst en een hoog eiwitgehalte in het gras. Zwavel is een belangrijke bouwstof van aminozuren en eiwit. Het is onmisbaar voor de opbouw van het kwalitatief hoogwaardige eiwit, het Darm Verteerbaar Eiwit (DVE), in gras. Er is een direct verband tussen DVE, melk- en melkeiwit productie. Een tekort aan DVE in het rantsoen remt direct de melkproductie. DVE is sterk gerelateerd aan de eigenschappen van de plant, bemesting en de manier van inkuilen. Daarnaast is een gunstige verhouding tussen DVE en OEB (Onbestendig Eiwit Balans) belangrijk. Als er voldoende zwavel wordt bemest en een optimaal maai- en inkuilmoment wordt toegepast dan komt er meer DVE en minder OEB in de kuil. Op deze manier heeft zwavel een belangrijke rol in de ruwvoeropbrengst en graskwaliteit. Een belangrijk kengetal hiervoor is de stikstof/zwavel-verhouding. De streefwaarde van ingekuild gras is 12. Is deze waarde hoger dan is er sprake van een zwaveltekort.
Zwavel en diergezondheid
De melkproductie is uiteraard een belangrijke graadmeter of er voldoende zwavel aanwezig is in het ruwvoer, maar zwavel is ook noodzakelijk voor de algehele diergezondheid. Een zwaveltekort verlaagd niet alleen de melkproductie, maar veroorzaakt een doffe vacht en slechte klauwen bij de koe. Dat komt omdat er in het haar en de klauwen keratine zit waar cysteïne, het zwavelhoudende aminozuur, een belangrijke bouwsteen van is. Voor een goede zwavelvoorziening van het melkvee is daarom 1,5 gram zwavel (S) per kg droge stof in het gras nodig. Op maat bemesten met zwavel kan een tekort voorkomen en is daarmee goed voor melkproductie en vee.
Synergie tussen zwavel en stikstof
De nieuwste toevoeging op gebied van stikstof-zwavel-kunstmest is Dynamon van OCI. Deze meststof heeft een ideale N/S-verhouding van 24% N en 7% S.
Uniek is de synergie tussen stikstof en zwavel. Zijn beide elementen in voldoende mate beschikbaar, dan kan een plant N en S effectief en makkelijk opnemen en benutten. Nog belangrijker: om eiwitten te maken, heeft de plant stikstof én zwavel nodig. Als een van de elementen ontbreekt, wordt de synthese aangetast met gevolgen voor opbrengst en kwaliteit.
Dynamon is toepasbaar en effectief in alle ruwvoergewassen.
Meer weten over OCI Dynamon? Lees de informatie op www.oci-dynamon.nl.