Zeer blauwgevoelige rassen extra kali tijdens knolzetting
Uit onderzoek is gebleken dat de aardappelkwaliteit (blauwgevoeligheid, grauwverkleuring) beter wordt als er extra chloorhoudende kali wordt gegeven. Voor blauwgevoelige rassen of rassen met een hoog onderwatergewicht is extra chloorhoudende kali gunstig. Sommige rassen (vroeg afstervende; weinig loof) zijn echter gevoelig voor chloor. Ook verhoogt het chloorbestanddeel in sommige kalimeststoffen de zoutlast van het bodemvocht.
Als aanvulling op de bouwplanbemesting is normaal gesproken een gift van ongeveer 200 kg kali voldoende. Het beste toedieningsmoment is rond het poten, maar de verse kaligift kan ook na het poten worden uitgevoerd. Bij zeer blauwgevoelige rassen is een extra aanvulling met 100 kg kali (bijv. in de vorm van 16-0-32) tijdens de knolzetting te overwegen.
In situaties waarin chloorhoudende kalimeststoffen tot problemen kunnen leiden, is het advies kaliumsulfaat te geven. Wordt een magnesiumtekort verwacht, kies dan voor patentkali in plaats van kaliumsulfaat.
Houd overall in ieder geval de kalibalans in de gaten om uiteindelijk de kali-onttrekking in de gewasrotatie te compenseren.