Verder optimaliseren van de bemesting
De eerste snede van 2022 zal qua voederwaarde bijna zeker een groot verschil vertonen met de eerste snede van 2021, althans gemiddeld. Terwijl op dit moment de tweede snede van 2022 al volop geoogst wordt, waren er in dezelfde periode vorig jaar nog veel witte stoppels van de eerste snede zichtbaar.
Dit betekent in principe dat we een snede voor liggen op vorig jaar, maar we kunnen ook zeggen dat we weer ‘normaal’ zitten. Een ander groot verschil met vorig jaar is de wetgeving; nog steeds is er onduidelijkheid over de derogatie en dit heeft helaas impact op de bedrijfsvoering.
Hoe nu bemesten?
Planmatig werken is steeds meer een vereiste. Goed registreren wat je doet en tegelijkertijd vooruit kijken. Met weiden en voederwinning lijkt dit soms moeilijk. Toch kan het ook relatief makkelijk. Vindt u het moeilijk? Ga dan beweiden volgens het Nieuw Nederlands Weiden. Het is dan heel duidelijk welke percelen bestemd zijn om te beweiden en welke om te maaien. De te weidenpercelen geeft u geen drijfmest voor de volgende snede, puur vanwege de smaak. De te maaien percelen probeert u wel drijfmest te geven. Denk hierbij aan het KIS principe: Keep It Simpel! Kijk ook met een schuin oog naar de wetgeving. Wat kan en mag ik nog, en hoeveel mest moet er 1 januari a.s. weer in de put zitten.
Probeer de drijfmest verdund met water uit te rijden. En anders in vochtige grond en meteen erna water te brengen als het kan. De wetgever is hier blij mee, omdat er zo minder NH3 emissie is. U bent er blij mee, omdat er met dezelfde hoeveelheid drijfmest meer gras komt. Of dat nu komt door het water of een andere reden zal u niets uit maken!
De kunstmestaanvulling kan in principe met pure N. Wordt er regelmatig drijfmest gegeven, dan is aanvullend K geven meestal niet nodig. Ook zorgt drijfmest voor voldoende Mg en S, die bovendien ook nog eens vrijkomen uit de mineralisatie van de bodem! Maak wel verschil tussen maai- en weidepercelen en reken ook met de N uit drijfmest.
Nu nog hopen op regelmatig een bui water en geen extreme temperaturen, dan zijn er in ieder geval op dit punt veel gelukkige veehouders in Nederland.
Bron: PPP-Agro Advies