Meer gras door zwavelbemesting
Zwavelbemesting heeft hoog rendement!
Zwavel is een belangrijke, zo niet onmisbare bouwsteen voor eiwitten. Een tekort resulteert in lagere eiwitopbrengsten en -kwaliteit. In het voorjaar is door onvoldoende mineralisatie een grote kans op een tekort, zelfs op gronden met een relatief hoog zwavelleverend vermogen. Voldoende aanvoer door mineralisatie is er pas de tweede helft van jaar.
Gebrek aan zwavel kan leiden tot aanzienlijke opbrengstderving op grasland. Uit veldproeven op (lichte) zandgrond in de periode 1998-2002 is een zeer duidelijk effect geconstateerd van zwavelbemesting. Gemiddeld leverde een zwavelbemesting een meeropbrengst van 625 kg ds/ha. Dit is een veelvoud van de kosten voor de zwavelbemesting.
In de proeven is de bemesting uitgevoerd met 24 N + 7 S. Gemiddeld is een gift van 15-20 kg S voldoende om een zwaveltekort te voorkomen.
1 op 3 voorjaarskuilen heeft lage S-index in 2015
Onvoldoende aanvoer door mineralisatie en daarmee samenhangend het belang van een S-bemesting in het voorjaar, wordt nog eens onderstreept in groeiseizoen 2015. Dit jaar kende een relatief koud en erg droog voorjaar. Kuilanalyses van de eerste snede geven aan dat eenderde van de kuilen een lage S-index heeft, wat weer duidt op onvoldoende beschikbaarheid van zwavel. Deze kuilen hebben ook een beduidend lager gehalte aan ruw eiwit (zie onderstaande grafieken; bron BLGG AgroXpertus).
Bron: NMI-Agro (9 proefvelden, periode 1998-2002), BLGG AgroXpertus