Sporenelementen in de Bodem: Kleine Hoeveelheden, Grote Impact op Gewas- en Diergezondheid
Sporenelementen (zoals chroom, koper en borium) vervullen vaak essentiële functies in planten en dieren. Ze zijn in kleine hoeveelheden in de bodem te vinden. Tekorten leiden vaak tot schadelijke gevolgen voor kwaliteit, opbrengst of gezondheid van vee of mens. Bij planten veroorzaken te korten gebreksverschijnselen zoals hartrot in suikerbieten.
Zandgronden hebben vaker een tekort omdat sporenelementen hier gemakkelijker kunnen uitspoelen. Teveel fosfaat kan ook nadelig zijn: dat kan ervoor zorgen dat bijvoorbeeld koper en zink slecht opneembaar zijn. Ook de pH speelt een cruciale rol in de beschikbaarheid van sporenelementen. Een te hoge of te lage pH belemmert de beschikbaarheid van sporenelementen voor het gewas.
Laboratoria kunnen analyses verzorgen voor verschillende sporenelementen. Omdat het om zeer geringe hoeveelheden gaat, is het belangrijk om zeer precies de diagnose en eventuele gift te bepalen.
Let op: uit het totaalgehalte aan zwavel of stikstof kan niet afgeleid worden of dergelijke nutriënten ook beschikbaar zijn. Het bodemleven moet de zwavel of stikstof vrijmaken.
Bron:
Rottink, A., A. Termorshuizen, A. Reijneveld, P. van Vliet, I. Ketelaar en M. Hermans (2007). De bodem doorgrond. BLGG Oosterbeek. ISBN 978-90-812265-1-6. 96 p.