Mogelijkheden bodemverbetering
Onder invloed van verdergaande mechanisatie, betere rooitechnieken, schaalvergroting en veranderend klimaat is er steeds meer druk ontstaan op het gezond houden van de bodem. Elke ondernemer is bezig met zijn grond. De noodzaak om de kwaliteit op peil te houden, dan wel te verbeteren wordt door iedere akkerbouwer gevoeld. Maar in veel gevallen is deze bodemverbetering beperkt tot het zaaien van groenbemesters, meer inzet van organische stof door vaste mest of compost en onder zo goed mogelijke omstandigheden de bewerkingen uitvoeren van zowel de voorjaarswerkzaamheden als de najaarswerkzaamheden.
Maar wat als deze aandacht nou niet leidt tot directe verbetering van de bodemkwaliteit? Dan moet er verder worden gekeken wat er aan de hand is. De basis is dan om bij de drainage te starten. Indien de percelen zijn gedraineerd, kan met controle in de winterperiode worden vastgesteld of de drainage nog goed werk verricht, of dat er natte stukken/plekken op het perceel aanwezig zijn waar de drainage mogelijk minder werkt. Indien dat het geval is kan er worden nagedacht over onderhoud of vervanging van de drainage. Ook kan besloten worden om de drainageafstand te verkleinen door nieuwe drainage te leggen afhankelijk van de geconstateerde situatie. Verkleinen van de drainageafstand zorgt voor extra afvoercapaciteit in geval van een neerslagoverschot, maar kan ook zorgen voor een mate van verdroging in neerslagtekort situaties. Een goede keus is gebaseerd op het integraal kijken naar de grondsoort, peilbesluiten en teeltplan.
Naast de drainage is grondverbetering ook mogelijk door goed in kaart te brengen waar het profiel verbeterd kan worden. Vaak zit er een verdichte / compacte laag onder de ploegdiepte of de bewerkingsdiepte in geval van een niet-kerende grondbewerking. Grofweg tussen de 20 en 40 cm diepte. Een diepe grondbewerking in combinatie met een gewas die ook door beworteling in die diepte kan komen kan voor verbetering zorgen van de bodemkwaliteit in die bewuste laag. De praktijk leert dat er vaak meerdere acties door de jaren nodig zijn om stappen ter verbetering te maken en de bodem weer te laten herstellen. Het oplossen van deze vraagstukken is wel belangrijk voor zowel de waterberging als de capillaire opstijging. Een ploegzolen zijn ook beroemde obstakels. Doorbreken daarvan kan (ook) een enorme bijdrage leveren aan het verbeteren van de bodemkwaliteit doordat allerlei bodemprocessen en buffering weer hersteld raken.
Andere rigoureuze oplossingen zijn bijvoorbeeld het dempen van tussensloten, (onder)grondverplaatsing, diepploegen of verlichten door te mengploegen. Afhankelijk van de praktijksituatie moet in alle gevallen de uitgangssituatie heel goed in kaart worden gebracht. De ondergrond en de bouwvoor moeten daarbij in kaart worden gebracht. Daarbij is het op meerdere plekken gaten boren in een perceel of kavel enorm belangrijk om vast te stellen hoe de situatie daar is, zodat er minder verrassingen achteraf plaatsvinden. Verlichten is een optie indien de zandfractie waarmee de klei wordt verlicht niet te fijn van diameter is om interne slemp en oppervlakkige slemp te voorkomen. Daar dient ook op gelet te worden. Het in extreme gevallen omploegen van de huidige bouwvoor en lichte grond boven ploegen zoals bijvoorbeeld in de Flevopolders wel is gedaan en nog wordt toegepast vergt ook een goede voorbereiding, maar ook een andere denkwijze. In menig pratkijkvoorbeeld zorgt de oude bouwvoor voor een verdichte laag, alleen dan op diepte, omdat deze in “verdichte” staat geheel is ondergeploegd, met alle gevolgen van dien. Dus bezint, eer ge begint. Op veel van deze percelen/kavels ontstaan ook nieuwe vraagstukken. Vaak met betrekking tot stuif- en slempgevoeligheid en voor veel kleitelers onbekende problemen met allerlei vrijlevende en andere alen die vrij snel kunnen toeslaan als daar geen gedegen aandacht voor is door vruchtwisseling en keuzes van groenbemester etc.
Als laatste aandachtspunt kan het egaliseren van uw percelen een bijdrage leveren aan een goed en gezond perceel of kavel. Echter ook hier geldt, dat wel goed in kaart moet worden gebracht of er niet teveel grond moet worden verzet om een perceel vlak te leggen of juist bol als dat gewenst is. Er kunnen dan plekken op het perceel voorkomen waarbij de bouwvoor te dun wordt omdat daar teveel grond is weggehaald, of dat de draagkracht achteruit gaat omdat er op diepte toch een veenlaag zit, met een na het egaliseren een te klein kleipakket om stabiliteit te garanderen. Dat kan dan problemen in het voorjaar geven (verlating) of bij de oogst (te nat en daardoor minder rooibare dagen).
Kortom, indien u vragen hebt over verbeteren van uw grond, laat u dan vooraf eerst goed informeren en ga met een expert dit traject aan om de goede dingen te doen. De grond is letterlijk de bodem onder uw bedrijf en uw productiemachine die het juiste onderhoud en reparatie vergt.
Bron: Delphy