Late herfstprei neemt vooral stikstof op tijdens tweede helft teelt
De minerale stikstofbehoefte van (late) herfstprei pas goed op gang komt vanaf teeltweek 8. Daarom heeft het gewas vooral in het late najaar behoefte aan stikstof in de bodemlaag 30 tot 60 cm. Dat blijkt uit onderzoek van het Belgische Inagro in 2014.
Prei neemt, afhankelijk van de gerealiseerde productie, per ha ongeveer 210 tot 230 kg N op in bovengrondse plantendelen. Het gewas vormt matig tot weinig wortels, zeker gezien de lange teeltduur.
Voldoende N nodig bij warmere winter
Prei neemt het grootste deel van de N op tijdens de tweede helft van de teeltperiode. Vanaf teeltweek 8 begint het gewas goed te groeien en neemt de behoefte aan stikstof toe. Dan begint het gewas de minerale stikstof uit de bodemlaag tussen 30 en 60 cm te benutten.
Tot laat in het najaar, en zelfs tijdens warmere perioden in de winter, kan prei nog groei realiseren mits er voldoende minerale N aanwezig is in de bodem.
Het is daarom in de teelt van (late) herfstprei erg moeilijk om een goede opbrengst en kwaliteitsproduct te combineren met een laag nitraatresidu.
Klik hier voor een uitgebreidere samenvatting van het onderzoek.
Bron: Inagro