Juiste bandenspanning zorgt voor hogere opbrengst
Met een juiste bandenkeuze en bandenspanning behoudt u de bodemstructuur. Bij een lage druk in de banden is het contactoppervlak met de grond groter. Dat veroorzaakt bij eenzelfde belasting minder insporing en minder bodemverdichting, wat uiteindelijk resulteert in hogere opbrengsten.
Streef altijd naar een zo laag mogelijke bandenspanning. De voordelen van een lage bandenspanning:
- De bodem wordt minder belast, omdat de band de extra druk opvangt.
- De bodembelasting is minder diep, omdat de druk over een breder en ondieper vlak wordt verspreid. Dit is beter omdat het vermogen van de bodem (en het bodemleven) om een verdichting achteraf nog (deels) op te heffen, beter is naarmate de verdichting ondieper zit.
- Er kan meer trekkracht worden geleverd, of minder wielslip bij gelijkblijvende trekkracht.
- Er wordt brandstof uitgespaard omdat er minder insporing optreedt.
Optimale bandenspanning
Een lage bandenspanning is met name in het voorjaar belangrijk als de bodem nog minder draagkracht heeft. De richtlijn voor het werken op vochtige gronden is een bandenspanning van maximaal 0,8 bar. In het vroege voorjaar is raadzaam om dit te verlagen tot 0,6 of zelfs 0,4 bar. Check wel of de banden hiervoor geschikt zijn.
Denk niet alleen aan de juiste bandenspanning bij uw eigen trekkers en machines. Let daar ook op als iemand anders, bijvoorbeeld de buurman of een loonwerker, bij u op de kavel komt en overleg met hen over de juiste bandenspanning. Een keer met een te hoge bandenspanning over het land gaan kan uw eigen goede inzet geheel teniet doen.
Bodemverdichting voorkomen
Door de bandenspanning te verlagen kan verdichting van de bodem (deels) worden voorkomen. De verdichting van de bodem is ook afhankelijk van de trekker-machine combinatie. Klik op de afbeelding en ontdek het effect van een ander type band of een lagere bandenspanning:
Samen met CLM heeft OCI Agro een document opgesteld over het voorkomen van ondergrondverdichting.
Bron: OCI Agro, Wageningen UR, Louis Bolk Instituut