Deel

Hoofdelementen

Waarom heeft een plant fosfor nodig?

Fosfor speelt een belangrijke rol bij de ademhaling en energievoorziening van de plant. In het vroege voorjaar is fosfor belangrijk voor een goede wortelgroei en jeugdgroei. Daarnaast is fosfor betrokken bij de vorming van eiwitten en DNA. In de natuur komt het element voor in de vorm van fosfaten: verbindingen van fosfor met zuurstof. Bij fosfaatgebrek stagneert de groei en ontwikkeling van het gewas.

Aandeel van fosfor in de plant

Fosfor is, net als stikstof en kalium, een macronutriënt. Dit betekent dat een plant relatief veel fosfor nodig heeft om zich te kunnen ontwikkelen. Het drooggewicht van een plant bestaat voor 0,2% uit fosfor. Dit gemiddelde varieert van 0,1 tot 0,5% afhankelijk van het gewas. Fosfaatbehoeftige gewassen zijn bijvoorbeeld vollegrondsgroenten zoals sla, spinazie en andijvie die veelal op zandgronden worden geteeld. Het zijn gewassen met een beperkte beworteling die in korte tijd relatief veel fosfaat moeten opnemen. Ook aardappelen, uien en maïs hebben een hoge fosfaatbehoefte.

Bevorderen van wortelgroei en jeugdgroei

In het voorjaar heeft fosfaat een stimulerende rol bij de wortelgroei. Juist dan is het belangrijk dat de wortelontwikkeling van de plant voorspoedig verloopt, omdat dit weer direct van invloed is op de opname van water, stikstof en voedingsstoffen. Planten nemen vooral in het jeugdstadium veel fosfaat op. Het is bekend dat wanneer de plant nog maar 25% van zijn droge stof heeft geproduceerd, er al 75% van de totale hoeveelheid fosfaat is opgenomen.

Een vlotte begingroei resulteert doorgaans in een goede knolvorming, wortelvorming en zaadvorming. Hierdoor krijgt de plant namelijk voldoende stengels en blad voor fotosynthese en daardoor een goed producerend vermogen. Fosfaat zorgt dus voor een tijdige afrijping. Voor gewassen die in ons klimaat moeilijk afrijpen, is de fosfaatvoorziening extra belangrijk.

Fotosynthese en ademhaling

De energie die nodig is voor processen in de plant wordt aangevoerd door fosfaatrijke moleculen zoals ATP (adenosinetrifosfaat). Het bekendste proces is de fotosynthese. Fotosynthese vindt plaats in twee stappen. Bij de lichtreactie wordt energie uit zonlicht vastgelegd in ATP-moleculen. Dit gebeurt in de vorm van een energierijke fosfaatbinding. ATP transporteert de energie naar bladgroenkorrels in de groene delen van de plant. Hier komt de energie vrij en wordt glucose vastgelegd (donkerreactie).

Algemene_structuur_atp.jpg
Algemene structuur van ATP met energierijke fosfaatbindingen

Planten halen, net als mensen, continu adem. Dit wordt ook wel respiratie genoemd. Het proces is het tegenovergestelde van de fotosynthese. De plant verbruikt glucose, waarbij er energie vrijkomt die nodig is om in leven te blijven (onderhoudsademhaling) en om te groeien (groeiademhaling). Opnieuw spelen fosfaatrijke moleculen een essentiële rol als energiedragers.

Hoe herken ik fosfaatgebrek en fosfaatovermaat?

Fosfaatgebrek is niet altijd even makkelijk te herkennen. Het kan zich uiten in een verkleuring van het blad van dof, donkergroen tot roodpaars. De bladgroei en het bladoppervlak blijven beperkt door het omkrullen van het blad waardoor het klein lijkt te blijven. In sommige gevallen worden de bladpunten bruin en sterven af.

fosfaatgebrek.jpg
Bij fosfaatgebrek verkleurt het blad naar donkergroen of zelfs roodpaars

Bij fosfaatgebrek blijft de gewasontwikkeling achter en is de afrijping vertraagd. Het gewas vormt geen krop (kropsla), vormt minder en kleinere knollen of bollen (aardappel, bloembol), stoelt minder uit (graan), vormt minder zaad (graan, handelsgewas) of vormt minder biomassa (gras, maïs). Bij grasland verslechtert de botanische samenstelling, vanuit de voeding van het vee bekeken.

Gewassen met een wat langer groeiseizoen hebben meer tijd om te herstellen bij een fosfaatgebrek. Bovendien kunnen zij het tekort enigszins compenseren door verplaatsing van fosfaat van oudere plantendelen naar jongere. Fosfaatovermaat is nog niet schadelijk gebleken voor gewassen, behalve als er meer dan 500 kilogram P2O5 per hectare wordt gegeven. Natuurlijk is een overdadige fosfaatgift economisch niet verantwoord. De meerkosten worden niet gecompenseerd door een meeropbrengst.

De juiste hoeveelheid fosfor is dus essentieel voor een optimale groei van het gewas. Het is echter goed om te weten dat slechts een klein deel van de fosfaat direct beschikbaar is voor het gewas. Het overgrote deel is gebonden in de bodem.

Bronnen
Broekhuizen, J. (2013). Bodem, bemesting en teeltplan. (Blz. 93-94)
Schoumans, O., Willems, J. & Duinhoven, G. van. (2008). 30 vragen en antwoorden over fosfaat. Wageningen UR.
Johnston, A. & Steén, I. Understanding Phosphorus and its use in Agriculture. Fertilizers Europe.

Gerelateerde artikelen

Ontvang de NutriNorm nieuwsbrief met actuele kennis over bemesting
  •  *
  •  *
  •  *
Ontvang de NutriNorm nieuwsbrief met actuele kennis over bemesting