Deel

Organische meststoffen

Benut komende periode mogelijkheden structuurverbetering

Op kleigrond geldt hoe zwaarder de grond (meer lutum bevat), hoe belangrijker het is voor de bewerkbaarheid om organische stof in de bouwvoor te hebben. Zware grond vraagt nu eenmaal veel pk’s en daarmee brandstof om de grond te kunnen bewerken. Met organische stof is de grond beter / makkelijker verkruimelbaar. Het alternatief is zand tussen de kleideeltjes om de grond beter bewerkbaar te maken. In feite wordt de textuur van de bouwvoor met extra zand lichter (bevat qua volume minder lutum). We spreken dan over bouwvoor verlichten. Welke mogelijkheden zijn er de komende tijd voor structuurverbetering?

Zand naar boven halen
Bij een klei-op-zand profiel is het soms mogelijk om het onderliggende zand te gebruiken voor het lichter maken van de bouwvoor. Het is belangrijk dat de investering om het zand gedeeltelijk naar boven te halen ook rendement oplevert. Dat vereist altijd een grondig vooronderzoek door een bodemkundige. Er zijn namelijk genoeg voorbeelden waarbij het nadelig heeft uitgepakt. Het gezegde; baat het niet schaadt het niet, gaat hier niet op. Een profielingreep waarbij de ondergrond betrokken is, is ingrijpend qua structuur en veelal onomkeerbaar. De bodem is echter wel een van de belangrijkste productiefactoren die het rendement van het bedrijf bepaald.

Organische stof aanvoeren
Aanvoer van organische stof is eenvoudiger, al is het verhogen van het organischestofgehalte niet eenvoudig. Dit is minstens een proces van vele jaren. Blijvende aandacht voor maximalisering van de aanvoer van organische stof is noodzakelijk. Achterlaten en verhakselen van stro is de makkelijkste bron van aanvoer. Het telen van een groenbemester is, zeker met het huidige GLB-beleid, de laatste jaren sterk gepromoot. Voor het slagen van een groenbemester is naast vocht al snel 60 kg N/ha nodig. Voor de vertering van gehakseld stro is aanvullend nog eens 40 kg N/ha nodig.

Op zware grond is het gebruikelijk om deze vroeg en droog te ploegen. Is er voor 15 september al een groenbemester gezaaid, dan moet deze minimaal 8 weken blijven liggen voordat deze mag worden vernietigd om binnen de mestregelgeving de extra N-ruimte te claimen. Deze 8 weken zijn ook nodig voor de vergroeningsubsidie binnen het GLB. Is de waterinfiltratie in orde, dan kan de groenbemester, in plaats van onder te ploegen, ook blijven staan tot het voorjaar volgens het NKG-systeem. Het voordeel hiervan is dat de organische stof zich in de toplaag concentreert en niet met ploegen over een hele bouwvoor wordt verdund. Voor een goede zaai- of pootbedbereiding is het wel noodzakelijk dat deze tijdig wordt verkleind en voldoende is verteerd. Dit betekent in de winter tot het vroege voorjaar bijvoorbeeld klepelen, maaien en/of schijveneggen zodat de toplaag in het voorjaar tijdig kan indrogen en de gewasresten geen probleem zijn bij met name het zaaien.

Bron: Delphy

Gerelateerde artikelen

Ontvang de NutriNorm nieuwsbrief met actuele kennis over bemesting
  •  *
  •  *
  •  *
Ontvang de NutriNorm nieuwsbrief met actuele kennis over bemesting